Perspectieven
In bewerking
Renewing
For English
Perspectieven, een inleiding
Welvaart
Uitgangspunten
Landbouw
-Dynamiek
-Opslag en bewaren
-Boerenorganisaties
Onderwijs
-Vakonderwijs
Economie
Gezondheidszorg
Ontwikkelingshulp
-Gedachte ontwikkelingen
Organisatie
-Benodigde hulpmiddelen
Implementatie
-Tijdpad
Samenvatting
Perspectieven, een inleiding
Onder de webpagina ‘Ten slotte’ is de bestaande situatie in beeld en woord samengevat. Het onderwerp ‘Perspectieven’ sluit daarop aan en is een denkbeeld om de kwaliteit van de samenleving te verbeteren en vrij van honger.
Zie ook https://nl.wikipedia.org/wiki/Duurzameontwikkelingsdoelstellingen
Welvaart
Wereldwijd heeft de landbouw de samenlevingen in de loop van de eeuwen getransformeerd van een nomadische naar een sedentaire levensstijl. Het werd de basis voor een stabiele voedselvoorziening, economische groei en werkgelegenheid. De sector is fundamenteel de oorzaak van welvaart gebleken.
In Malawi is het overgrote deel van de bevolking zelfvoorzienend. Dat wil zeggen dat huishoudens zelf in hun levensbehoeften voorzien en kent geen welvaart. Volgens de V.N.-armoedenorm leeft 80 % van de inwoners onder de armoedegrens van $1,25 p.d.p.p.
Uitgangspunten
De bedoeling van het studieonderwerp ‘Over Malawi’ is om:
-inzicht te geven over de samenleving in Malawi
-de situatie in de landbouw te verklaren
-de beperkingen in de samenleving te inventariseren
-voorstellen te doen voor een zelfvoorzienende samenleving
-om een sneeuwbaleffect te veroorzaken
teneinde
=de voedselvoorziening te garanderen,
=de gezondheidssituatie te verbeteren,
=het onderwijsniveau bij te stellen,
=de werkeloosheid te reduceren
=een toekomstperspectief te bieden en
=de maatschappelijke betrokkenheid te verhogen.
Het beoogd uitgangspunt om de kwaliteit van leven in Malawi te verbeteren, is het Millennium Villages Project van de Verenigde Naties. Het is een model om tot een zelfstandige samenleving te komen met voldoende eten, een zinvol levensdoel en in goede gezondheid. Landbouw in combinatie met industriële ontwikkelingen in regionaal verband heeft stellig een cumulatieve meerwaarde dat van invloed kan zijn op de werkgelegenheid, verbetering van de leefomstandigheden, hogere consumptie en gezondheid. Toekomstgericht ontbreken echter gunstige kengetallen.
Landbouw
(Zie thema ‘Landbouw’)
Gewoonlijk verbouwd elk huishouden mais voor eigen gebruik maar dat is door groei- en opslagverliezen gewoonlijk te weinig om het boerengezin het gehele jaar van nsima te voorzien. De oorzaak is divers. Het mankeert aan voorlichting, innovatie en vaktechnische begeleiding. Ook het ontwikkelen van landbouwmethoden, veredeling, vruchtwisseling met een drie of slagensysteem en het gebruik van compost als een vorm van conserverend landbouw is niet actueel. Uitgeputte akkers van 100 m2, overal verspreid, is geen zeldzaamheid. Het is te overwegen om het totaal aan akkerland door herverkaveling te saneren, ruw terrein te ontginnen, te irrigeren en mechanische werktuigen in gebruik te nemen om schaalvergroting te bevorderen. Met Farmer Field Schools en proefboerderijen kan collectief geëxperimenteerd worden om gewasdiversiteit aan te moedigen. Het kan ook een plaats zijn om kringlooplandbouw uit te proberen, irrigatiesystemen aan te leggen en minder bewerkelijke slachtdieren te kweken. Voor het slagen van projecten is een strakke leiding en kennis van zaken ter plaatse noodzakelijk om de boeren te begeleiden.
Dynamiek
Om over contant geld te kunnen beschikken verkopen de boerengezinnen een deel van de maisopbrengst onmiddellijk na de oogst, ver onder de marktprijs. Gewoonlijk wordt de opgekochte mais als verondersteld overschot met vergunning geëxporteerd ten behoeve van de overheidsbegroting. De jaarlijks terugkerende seizoensdynamiek heeft ingrijpende gevolgen voor zowel de snel groeiende bevolking als voor de prijsontwikkeling. Door het onttrekken van maisvoorraden en door opslagverliezen ontstaan grote tekorten en volgt een explosieve prijsstijging terwijl de boeren daarvan niet profiteren.
De verbouw van groenten is uitsluitend bedoeld voor de plaatselijke markt. Marktgewassen zoals suikerriet, thee en tabak hebben op de wereldmarkt geen betekenis.
Opslag en bewaren
Om een ongunstige handel in mais tegen te gaan en om prijsopdrijving te voorkomen, is het te overwegen om de leefvoorraden op het boerenerf te bewaren of binnen de gemeenschap op te kopen. Na droging dienen deze als regionale voorraad, vrij van ongedierte en bewaakt in Purdue Improved Crop Storage (PICS) zakken te worden opgeslagen. Naar de toekomst toe zal daardoor overschot ontstaan dat van invloed zal zijn op de marktprijzen en de hongerperiode. Een bijkomend effect is dat de boeren direct invloed hebben op de verkoopsprijs en meer inkomen kunnen genereren. Gelijktijdig wordt de monopolypositie en uitbuiting door ver- en opkopers tegengegaan.
Boerenorganisaties
Boerenorganisaties hebben overal in de wereld betekenis als belangenorganisatie. Er zijn drie erkende vormen van boerenorganisaties in Malawi:
-Boerenclubs zijn informele groepen van doorgaans 10 tot 15 boeren die samenkomen om elkaar te helpen en informatie uit te wisselen in het kader van de Farmer Field Schools.
-Landbouwverenigingen zijn legale non-profitorganisaties die diensten verlenen aan hun leden. Deze zijn geregistreerd onder de Trustees Incorporation Act, die verenigingen van personen registreert die samenkomen "for any purpose which in the opinion of the Minister is for the benefit or welfare of the inhabitants of Malawi”. (Malawi Government 2015a). https://media.malawilii.org/files/legislation/akn-mw-act-1962-5-eng-2014-12-31.pdf
-Primaire landbouwcoöperaties hebben een wettelijke status en kunnen activa bezitten, geld lenen voor hun activiteiten en contracten tekenen, waardoor het voor hen gemakkelijker wordt om zaken te doen namens hun leden. (Malawi Government 2015b). Zij kunnen collectief landbouwinputs inkopen om kosten te besparen, opbrengsten transporteren, opslaan, bewerken en namens de leden verkopen. Ook kunnen zij productiemiddelen en bedrijfsbenodigdheden aanschaffen of huren. Door deze activiteiten bij de coöperatie te leggen worden schaalvoordelen gerealiseerd waardoor de leden economisch voordeel genieten en ontzorgd worden in hun activiteiten. Deze vorm is niet vrijgesteld van belasting. De bestaande primaire landbouwcoöperaties zijn in Malawi zwak georganiseerd en vaak corruptief verbonden aan de regering.
De prestaties van de boerenorganisaties zijn afhankelijk van diverse factoren, waaronder de leiding en de motivatie van de leden. Bestaande problemen zijn onder anderen de fluctuerende marktprijzen en de onvoorspelbaarheid door overheidsingrijpen in de sector. Essentieel is ook het in bulk bestellen van landbouwinputs tegen concurrerende inkoopprijzen en het verkopen van de opbrengsten van de boeren onder gunstige voorwaarden. Daarom is het nodig dat de boerenorganisatie als onderneming over voldoende kapitaal beschikt voor hun zakelijke transacties, wat een uitdaging is in de context van Malawi, waar de toegang tot formeel landbouwkrediet slecht is. Ook moeten oplossingen gevonden worden voor transport, opslag, bewaren en de aanvoer naar de markten.
De potentiële leden van de boerenorganisaties zijn de zelfvoorzienende landbouwhuishoudens met gemiddeld een halve hectare akkerland wat ongeveer 600-1.000 kg mais oplevert. Daarmee kan het boerenbedrijf onmogelijk rendabel zijn en leeft met gemiddeld drie kinderen in uitzichtloze armoede. Juist daarom is het van belang dat zij collectief deelnemen aan één van de organisatievormen zodat zij door voorlichting en collectiviteit worden ondersteund om hun inkomen te verbeteren.
Uitgangspunten bij het vormen van een boerenorganisatie:
-het nader beschrijven van het doel en de taak van de organisatie
-het vastleggen van de verantwoordelijkheden en de bevoegdheden van het bestuur en van de bestuursleden
-het bepalen van de wederzijdse verplichtingen van bestuur en leden onderling
-individuele aansprakelijkheid van bestuursleden en deelnemers
-het uitwerken van de bestuursvorm, waaronder opheffing, baten en schulden
-hoe nieuwe leden kunnen toetreden en royering
-medezeggenschap en aansprakelijkheid voor iedereen, gelijkheid van de deelnemers
-behartiging van de materiële belangen van de deelnemers
-hulp en voorlichting
De organisatie bestaat uit leden die zijn ingeschreven. Zij kiezen zelf hun bestuur. De leden zijn aandeelhouders. Zij dienen vanwege het voortbestaan van de organisatie fysiek en financieel bij te dragen. Dividenduitkering kan op voordracht van het bestuur en met instemming van de leden nadat de organisatie gezond is. Alleen ingeschreven leden kunnen van de voordelen van de landbouwcoöperatie gebruik maken. Voorkomen van “meelifters”.
Onvoorwaardelijke afspraken als tegenprestatie om lid te worden en te blijven:
-uitsluitend compost gebruiken. Alle beschikbare menselijke en dierlijke mest toevoegen. Ook houtas.
-voor niemand loon, uitkering of bonus (wel de loonwerker via de coöperatie)
-de conserverende landbouwmethode toepassen
De ondersteuning, begeleiding en financiële ondersteuning dient gericht te zijn op het welzijn en de privébelangen van de boeren, maar is wederzijds niet vrijblijvend. Er is overeenstemming nodig tussen de dorpse gemeenschap en de ngo namens de opdrachtgever met wederzijdse prestatieverplichtingen. Anders dan bij goeddoelstichtingen waar het gaat om vrijblijvende hulpverlening moet voorkomen worden dat eventueel financieel profijt als vanzelfsprekend wordt ervaren.
Onderwijs
(Zie het thema ‘Onderwijs’)
Het onderwijs in Malawi is trapsgewijs opgebouwd in lager, middelbaar en hoger onderwijs. Vakonderwijs is beperkt.
Voor de kwaliteit van het onderwijs is het voor de onderwijzers van de lagere school van belang om voor de kennisoverdracht lesmateriaal en hulpmiddelen overvloedig beschikbaar te hebben. Ook een onderwijssyllabus en voorlichting over het ontwikkelen van lesmethodes. Ook bijscholing is te overwegen. Het is gelijktijdig van betekenis dat de leerlingen voldoende naslagwerk en notitiemogelijkheden aangeboden krijgen om zich de lesstof sneller eigen te kunnen maken. Voor het overzicht is een onderwijsbegeleider nodig die in overleg met het regiohoofd naar oplossingen moet zoeken om schooluitval te voorkomen.
Vakonderwijs
Voor een levendige gemeenschap is het nodig dat vaktechnisch opgeleide jongeren in de regio een bestaan krijgen. Hun aanwezigheid zal bijdragen om de levensstandaard en het comfort binnen de samenleving te verbeteren. Het is van belang dat enkele jongeren na hun volledige lagere schoolopleiding een vakgerichte privéopleiding onder contract kunnen volgen na een behoeftebepaling op voordracht en na sollicitatie. Aanvankelijk één persoon per vakgroep. Na hun opleiding kunnen zij zich centraal vestigen in een ‘verzorgingsgebied’. Te denken valt aan meerdere zelfstandig werkende vaklieden waaronder een metselaar, timmerman, dakdekker, elektricien en een metaalbewerker. Ook voor waterbeheer en irrigatie. Voor de verzorging van de bewoners in de samenleving is verpleging, verloskunde, voorlichting inclusief geboorteregeling, maatschappelijke zorg, voedingsleer en kinderzorg van belang. Ook kledingverzorging en kappers, eveneens vaktechnisch opgeleid. Voor het overzicht is ook hier een rapporterende begeleider nodig die in overleg met het regiohoofd naar oplossingen moet zoeken bij stagneringen.
Economie
(Zie het thema ‘Economie’)
Temeer omdat nationale maatregelen geen prioriteit hebben om iets te doen aan de imploderende samenlevingen, bestaat voor de plattelandsbewoners geen zicht op een betere toekomst. Initiatieven vanuit de samenlevingen zijn daarom essentieel om veranderingen door te voeren.
Aan het einde van de lagere school zijn leerlingen werkeloos. In enkele gevallen is er als losse arbeider werk voor enige dagen in de landbouw voor $2,50 p.d. Leerlingen die de middelbare school hebben afgemaakt zijn gewoonlijk tussen de 17 en 20 jaar oud en raken eveneens werkeloos zonder enige vorm van bestaan. Vrouwen worden gewoonlijk jong zwanger of belanden in de prostitutie om toch geld te verdienen. Jonge mannen vertonen vaak crimineel gedrag en raken verslaafd aan alcohol. Al vanaf het begin van de vorige eeuw bestaat een gestage trek van arbeidsmigranten van het platteland naar Zuid-Afrika en andere delen van Malawi om daar loon in contanten te ontvangen. Vanwege de lage lonen heeft die inspanning geen zin in relatie tot het arbeids- en consumptieverlies binnen de gemeenschappen. Scholieren migreren gewoonlijk naar de grote steden in de onlogische veronderstelling er werk te vinden en om daar een bestaan op te bouwen. Ook in Malawi weet men dat met een tractor of naaimachine, maar ook als lasser meer inkomen mogelijk is. Het is voor die jongeren van belang om hen toekomstmogelijkheden te bieden. Juist die jongvolwassenen kunnen van belang zijn voor het algemeen belang in de regio door hen in overleg met het regiohoofd aan te moedigen om zelf initiatieven te ontwikkelen en te ondersteunen. Omdat de middelen en mogelijkheden gewoonlijk ontbreken, is industriële- en persoonlijke ontwikkeling, onder wederzijdse voorwaarden, noodzakelijk.
Een tweede oogst, het fokken van slachtdieren en industriële ontwikkelingen kan het wegtrekken van jongeren verminderen. Daarmee kunnen jongeren voor de regio behouden blijven omdat er dan geen directe aanleiding is om te migreren.
Gezondheidszorg
(Zie het thema ‘Gezondheidszorg’)
Het dagelijks eten van maispap als basisvoedsel heeft gevolgen voor de gezondheid van de bewoners. Door voorlichting kunnen consumenten en boeren aangemoedigd worden om ook andere voedselgewassen te verbouwen als aanvulling op de minder voedzame nsima.
Een eerstehulppost met verplegend personeel, ziekenvervoer en voorlichting kan bijdragen tot een betere gezondheidszorg in de regio om vooral moedersterfte te voorkomen. Het gebruik van geïmpregneerde muskietennetten in het gebied waar malaria heerst, is noodzakelijk. Het verbeteren van de gezondheidszorg is van belang voor de stabiliteit in de gezinnen.
Ontwikkelingshulp
(Zie thema 'Ontwikkelingshulp')
Door de consistente stroom ontwikkelingsgeld van donorlanden naar Malawi, heeft de regering en de bevolking ondertussen het gevoel verloren dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen ontwikkeling op weg naar een zelfredzame samenleving. De geldoverdrachten van gratis geld aan Malawi is daardoor desastreus voor de samenleving. In de eerste plaats vanwege de grootschalige verdwijningen als gevolg van de zwakke overheidsstructuur en omdat de bevolking niet van de geldinjecties profiteert. Stop met ontwikkelingshulp en zet de economisch groeimotor aan met kansen voor iedereen voor nu en voor de toekomstige generaties.
Met hulp en ondersteuning van een buitenlandse goeddoelstichting zal een regionale samenleving profijt hebben; van de kennis en van de geboden ondersteuning, zolang die goeddoelstichting er actief is. In een bestel van wederzijdse vrijblijvendheid zal de gemeenschap zich echter uit gemakzucht en ongeloof over een betere toekomst niet zelfstandig willen ontwikkelen op weg naar een zinvol bestaan voor iedereen en in goede gezondheid.
Gedachte ontwikkelingen
Bij het streven naar individuele en collectie welvaart op het platteland is de fysieke aanwezigheid van een bevlogen coördinator en/of een bekwame niet-gouvernementele organisatie (ngo) noodzakelijk om met gemotiveerde jongeren onder leiding van het regiohoofd een aantal woongemeenschappen bij elkaar tot ontwikkeling te brengen.
Bij het begeleiden, kan de hulpverlener of ngo geen materiele en financiële bijdrage van de gemeenschap verwachten. Anderzijds mag van de gemeenschap worden verlangd de afgesproken prestatienorm te halen en is gehouden om zich daarvoor in te spannen, zonder een financiële tegemoetkoming te verlangen.
Gedachte individuele ontwikkeling
In de droge periode zijn er op het platteland weinig inkomsten. Het is daarom te overwegen om innovatie aan te moedigen, zoals irrigatielandbouw, het kweken van slachtdieren en vis, en het vormen van een boerenorganisatie. Met een aan- of opkoopgarantie voor slachtvee, land- en tuinbouwproducten en industriële producten kunnen de bewoners individueel rekenen op een vast inkomen dat moet bijdragen aan hun welzijn en zelfredzaamheid.
Gedachte collectieve ontwikkeling
Plaatselijk bestaan er zeker kansen om industrieel te produceren, vooral betaalbare huishoudelijke artikelen, geïmpregneerde muskietennetten, houtbesparende kachels en bijvoorbeeld wiedmachines. Dat kan door het ontwikkelen van industriële ondernemingen. Door de grote werkeloosheid zal het werven van personeel geen belemmering zijn. Echter, industriële ontwikkelingen hebben alleen potentie bij vakkennis en daar ontbreekt het aan in de regio’s. Toekomstgericht zullen vaktechnische opleidingen met stageplaatsen beschikbaar moeten komen om de ontwikkelingen te versnellen. Vanwege de toenemende verstedelijking kan door innovatieve marktwerking, handel, transport, opslag en vermarkting collectieve welvaart ontstaan. Te overwegen is om goederen en levensmiddelen via een veilingsysteem aan te bieden zodat zowel de producenten als de consumenten economisch voordeel zullen krijgen.

Bij het vermarkten van industriële goederen en landbouwproducten bestaat weinig structuur en samengang
Organisatie (indicatie)
Om vanaf ‘onderen’ tot veranderingen te komen bij de verzelfstandiging van de dorpse samenlevingen en te komen een hoger welvaartsniveau is strikte leiding nodig, organisatie, inspanning, discipline, arbeid, saamhorigheid, vakmanschap en geldelijke middelen:
Regioleiding:
Taak: Leiding, beleid, coördinatie
Met aandacht voor:
-voorlichting, advies, uitzetten van opdrachten en begeleiding
-toezicht
-kwaliteitscontrole
-administratie
-rapportage
-toezicht op de boerenorganisaties
Syndicaat landbouw
Taak: Leiding/coördinatie aan alle landbouw, tuinbouw en veeteelt gerelateerde aangelegenheden, de landbouwmechanisatie en de inzet van de loonwerker(s)
Met aandacht voor:
-coördineren met de boerenorganisaties
-opleiding en voorlichting over de hedendaagse inzichten over landbouw, veeteelt, tuinbouw. -het organiseren van een Farmer Field School en de programmering
-het beheer van de opstallen, inclusief onderhoud en gebruik
-beheer proefboerderij
-behoeftebepaling landbouwwerktuigen, aanschaf en onderhoud voor collectief gebruik
-administratie, aanschaf en distributie van meststoffen en hoogproductieve zaden
-voorlichting over gewassen en zaaiplan voor veelzijdige gewas- en voedingsproducten
-loonwerk en bediening van landbouwmachines en bespuitingen. Dorsen, malen, opslag
-opkoop, opslag, prijsbepaling en verkoop van landbouwgewassen
-duurzaamheid van het milieu
Vaktechnisch syndicaat, waaronder metselaar, timmerman, dakdekker, elektro, water en irrigatie, metaalbewerker en lichte industrie.
Taak: Leiding/coördinatie vaktechnische aangelegenheden
Met aandacht voor
-onderzoek naar een industriële ontwikkeling binnen de gemeenschap
-begeleiding naar een industriële ontwikkeling
-behoeftebepaling, marktwerking, promotie en logistiek
Syndicaat verzorging met verpleging, verloskunde, voorlichting incl. geboortebeperking, maatschappelijke zorg, voedingsleer, kinderzorg, kledingverzorging en kapper
Taak: Leiding/coördinatie gezondheidszorg en geestelijk welzijn
Met aandacht voor:
-opleiding van zorgpersoneel
-voorlichting over zwangerschap
-operationeel maken en houden van een geïmproviseerde hulppost en verpleging,
-maatschappelijke zorg
-voorlichting en distributie van geïmpregneerde muskietennetten
-voorlichting over hygiëne
-persoonlijke verzorging
Vertegenwoordiging dorpsbelangen
Taak: Handhaven van de doelstellingen, het behartigen van de dorpsbelangen en onderwijs
Met aandacht voor:
-contacten met het onderwijzend personeel
-voorlichting en het begeleiden van scholieren naar de toekomst
-verzorging schoollunches voor alle kinderen
-veilige waterpunten,
-collectieve voorzieningen voor jeugdigen
-internetverbindingen,
-emancipatie van vrouwen
-het aanmoedigen van initiatieven
(Diensten en extern werk zo mogelijk pro deo via het dorpshoofd)
Benodigd materiaal en hulpmiddelen (indicatie)
-Opslagloods, inbraak- en muizenvrij, voor de aangekochte mais, kunstmest en zaaigoed. Met een alarminstallatie.
-Inpandig een woonunit voor een beheerder en projectleider.
-Inpandig een muizenvrije ruimte voor de opslag van granen, zaaigoed. Een ruimte voor gereedschap, machines en toebehoren, mechanische landbouwgereedschappen, irrigatiepomp, vaktechnisch materiaal, reservedelen, dorsmachine, graanmolen, handkar, kruiwagen, éénassige tractor met hulpstukken, kunstmest, enz.
-Zonnepanelen op het dak en schakelmaterieel aan de marktzijde. Elektriciteitsopslag inpandig
-Gemetselde drink of waterbakken aan de achterzijde met dakgoot
-Dierenverblijven/stal aan de achterzijde, bijvoorbeeld kippen en varkens (voer: o.a. opgekochte vervuilde mais, hooi en ingekuilde plantenresten)
-Markt aan de voorzijde met handelsactiviteiten, inclusief voedingsproducten
-In het verzorgingsgebied opstallen voor vakwerklieden, handwerk en verzorging
-Winkel/detailhandel
-Dorpshuis, collectief pand met een ruimte voor voorlichting, onderwijscoach en administratie. Ook een ruimte als eerstehulppost en voor baby- en kleuteronderzoek. Opslagruimte voor onderwijs- en schoolmiddelen en sportartikelen. Aanpassing naar behoefte.
-Gastenverblijf voor 4 personen, ingericht naar Europese normen
(Goed met een vrachtauto te bereiken)
-Landbouwgereedschappen:
(Te bedienen door de loonwerker in dienst van de landbouwcoöperatie)
=20pk 2-wiel tractor, boerderij gebruik, zonder elektrische start
=1,5-tons aanhangwagen
=ronddraaiende cultivator met zitting (=ongewenste beroering. Niet mogelijk om te cultiveren tussen de rijen)
=dubbele ploeg
=maaimachine voor het verzamelen van groen voor compost:
of: maaibalk (met motor).
of: schijfmaaier voor 2wiel tractor
of: oogstmachine voor mais. (Ook voor het maaien van andere gewassen)
of: brush maaier elektrisch op batterijen, diverse uitvoeringen (traag)
=cultivator met tanden, 30 cm diep. Tevens schoffelmachine (breken harde laag)
=eg met pennen (m.i. geen meerwaarde)
=waterpomp 2,5" met toebehoren
=slang 2,5" en accessoires 150m (of meer)
=rugspuit, 10l
=maïsschil- en dorsmachine elektrisch (220V) (of met motoraandrijving) (mobiel)
=maïsmolen voor meel elektrisch (220V) (of mobiel)
=duwschoffels, (Zie ook: https://tuinen-parken.aanbodpagina.nl/duwschoffel-wielschoffel-schoffel-aanaarder)
=handschoffels,
=1w kruiwagen,
=2w kruiwagen,
=mestvork,
=riek,
=spade,
=bats,
=weegschaal,
=zeis en wetsteen,
=touw,
=dekzeil 5x5
Implementatie (indicatie)
Gedurende de implementatie is het noodzakelijk om de plannen met de gemeenschap te delen en te overleggen om draagkracht te verkrijgen. Ook voorbereidende gesprekken over een andere structuur dat is gericht op een zelfvoorzienende regionale samenleving met een tijdpad. Daarover moet de gemeenschap herhaaldelijk en uitvoerig worden geïnformeerd, daarmee akkoord zijn en aangesproken worden.
Om economische groei mogelijk te maken en aan te moedigen, is een lokale leenbank voor het verstrekken van microkredieten essentieel. Gezien de onbekendheid over de bedoeling, is een intensieve voorlichting noodzaak waarin moet worden benadrukt dat de lening uitsluitend voor bedrijfsmatige doeleinden is bedoeld. Aan het beschikbaar stellen moet een goedgekeurd bedrijfsplan ten grondslag liggen dat aantoonbaar economische groei binnen de samenleving zal generen. Over de bedrijfsvoering is verplichtende begeleiding en periodieke controle voorwaarde over zowel de activiteit als over de voortgang. Het rentetarief dient, rekening houdend met de hoge inflatie, concurrerend laag te blijven om de kans van slagen te vergroten.
Tijdpad (indicatie)
1e jaar bepalen van de omvang van het werkgebied, informatie, voorlichting, scholing, afspraken maken, vergunningen aanvragen en bouwmaterieel verwerven, landbouw zoals eerder
2e jaar start vakopleidingen, bouw van het centrum, bijscholing, landbouw zoals eerder met intensieve begeleiding
3e jaar bijscholing, landbouw zoals eerder met intensieve begeleiding, aanschaf gereedschap. Opleidingen. Inrichting centrum. Voorlichting Mansholt principe
4e jaar overgang conserverende landbouw met begeleiding + Mansholt principe + garantie opkoop
5e jaar idem, overdracht in fases. Nieuwe projecten op wens te bekostigen door de samenleving
Samenvatting
Het ontbreekt in Malawi niet aan gemotiveerd menselijk kapitaal en de bereidheid van werkzoekenden om zich aan te passen aan de krappe arbeidsmarkt. Het tekort aan fatsoenlijke banen heeft te maken met een verwaarlozing aan de biedzijde door falend overheidsbeleid en dat is van invloed op de samenleving.
Om zich als gemeenschap te kunnen ontplooien, is het nodig om niet te wachten op overheidsmaatregelen, maar met hulp van een krediet verstrekkende goeddoelstichting regionale of plaatselijke ontplooiing te overwegen. De ontwikkeling daarvan moet zijn gebaseerd op een inventieve en sterke plaatselijke leiding en een betrokken samenleving. Bij elk met elkaar genomen besluit is het van belang om steeds opnieuw de economische groei te wegen en te laten prevaleren boven persoonlijke belangen. Van de samenleving moet worden verlangd dat zij zich in gemeenschapszin financieel, moreel en mentaal aan de initiatieven zullen binden. Een (gering) terugverdiensysteem moet worden verlangd of een niet financiële tegenprestatie, om te voorkomen dat de voorzieningen vanzelfsprekend lijken.
Door een deel van de maisopbrengst van de zelfvoorzienende boeren boven de marktprijs op te kopen krijgen de boerengezinnen meer financiële bestedingsruimte. Centraal opgeslagen opbrengsten kunnen gebruikt worden als regionaal voedseldepot. Die voorraden en het kweken en vermarkten van tuinbouwproducten gedurende de droge periode zijn nodig om een hongerperiode te overbruggen en de lokale economie in stand te houden. Het is verder te overwegen om Purdue Improved Crop Storage (PICS) zakken te gebruiken ($0,20 per set van 25 kg) omdat door vraat jaarlijks een maandvoorraad aan granen per gezin verloren gaat. Gedurende de droge periode kan door de plattelandsbevolking industrieel geproduceerd worden naar behoefte: muskietennetten, een rookarm en houtbesparend fornuis, huishoudelijke artikelen, landbouwgereedschappen, bouwwerkzaamheden, enz. Het aanbieden van reguliere opleidingen, financiële ondersteuning en het bieden van perspectieven is urgent.
Met vaktechnisch opgeleide jongeren kan een economisch centrum van bedrijvigheid ontstaan met een markt, loonwerk en allerlei vormen van verzorging met collectieve hulpmiddelen en nutsvoorzieningen midden in de landbouwende gemeenschap. In dat geval kunnen boeren/arbeiders in hun huizen op het platteland blijven wonen en is migratie niet nodig als aanvulling op het inkomen.
Er bestaat een discrepantie vanwege de leeftijdsopbouw van de plattelandsbevolking. Of vakbekwame jongeren met minimaal perspectief in de kinderrijke dorpen nabij hun vaak onvermogende ouders zullen blijven wonen, is niet vanzelfsprekend.
Ondanks dat één metselsteen ongeveer 15 kwacha kost (minder dan €0,02), moet gerekend worden dat de totale kosten, mede door de sterk devaluerende munt naar Malawiaanse omstandigheden, miljoenen zal zijn. Die investering is daarmee niet rendabel om uit te baten of terug te verdienen. Voor de gemeenschap betekent het heel veel, namelijk een inkomensgarantie voor de boeren en extra faciliteiten voor de samenleving, zoals bijvoorbeeld elektriciteit, watertappunten, hoogwaardiger voedsel en een begin van economische groei op weg naar een zelfstandig bestaan en vrij van schulden.
Voor de controle op de voortgang van het project en het aansturen van deelprojecten moet worden voorzien in een bekwame en betrokken projectleider ter plaatse en een ongebonden sturende organisatie. In hun reis- en verblijfskosten naar Malawi moet worden voorzien.